Home Kijk & Lees Angenita Wesselius: ‘Ik heb hem tot de hemelpoort begeleid’

Angenita Wesselius: ‘Ik heb hem tot de hemelpoort begeleid’

Angenita Wesselius en haar dochter Shana verloren hun man en vader André Wesselius aan de verschrikkelijke spierziekte ALS. Toch was de dood van André volgens Angenita een ‘mooi moment’. Angenita: ‘De geboorte van mijn kinderen was mooi, toen kreeg ik wat in mijn armen. Maar dit was ook mooi. Ik moest iets uit mijn armen loslaten.’

Angenita kon namelijk bij de allerlaatste momenten van haar stervende man hier op aarde zijn. ‘Zijn hoofd hing voorover en hij was bang om te stikken. Want dat gebeurt vaak bij ALS-patiënten. Dus toen ben ik achter hem gaan zitten. Ik heb mijn armen om hem heen geslagen en hem omhooggehouden zodat hij minder benauwd zou zijn. Toen ik hem met zijn lijf tegen mijn lijf aangedrukt hield, kon ik woordjes in zijn oor fluisteren: “Ga maar, het is goed. Wij zorgen voor elkaar: de meiden voor mij, ik voor de meiden. Jij mag gaan.” Zo is hij in mijn armen gestorven. Ik heb gevoeld dat zijn hart een keer oversloeg en nog een keer en dat het hart uiteindelijk stopte. Het was echt, dat klinkt heel gek, een mooi moment. Op het moment dat hij stierf zag ik letterlijk licht in de kamer en voelde ik ook echt lichaam, ziel en geest van elkaar gescheiden worden. Hij ging echt naar het licht. Ik heb de hemel mogen zien. Ik heb hem tot de hemelpoort begeleid.’

Het lopen werd minder, het praten werd minder, op een gegeven moment kon hij helemaal niet meer lopen en helemaal niet meer praten

Sloot

André ging heen op een manier die doet denken aan de eerste ontmoeting tussen Angenita en hem. Hij nam haar namelijk die eerste keer mee achterop de scooter toen Angenita in de sloot was gevallen bij de bollenboer. ‘Ik was heel erg vies en stonk dus ik durfde hem niet vast te pakken. Maar hij zei: “Hou mij maar goed vast want anders verlies ik je nog onderweg”. Toen ben ik verliefd op hem geworden, daarachter op de scooter’, vertelt Angenita met een twinkeling in haar ogen.

Volgens dochter Shana was haar vader altijd een sportieve man. Maar de slopende ziekte die langzaamaan alle spieren aantastte won stukje bij beetje terrein. Angenita: ‘Het ging stap voor stap. Het lopen werd minder, het praten werd minder, op een gegeven moment kon hij helemaal niet meer lopen en helemaal niet meer praten. Daarna kon hij niet meer eten en niet meer drinken. Hij kreeg na verloop van tijd een rolstoel, een spraakmachine en sondevoeding. Het was elke keer opnieuw inleveren. Dat is ook een soort rouwproces eigenlijk.’

Cupcakes

Dochter Shana vertelt hoe ze tot het einde toe met haar vader bleef communiceren. ‘Je leert hoe je op een andere manier contact kunt hebben met elkaar. Ondanks dat het heel heftig was hadden we een paar dagen om afscheid van hem te nemen, hij kon ons moeilijk loslaten dus dat heeft nog even geduurd. We verbleven in een aangebouwde ruimte en hielden daar “slaapfeestjes” zoals we dat noemden. We legden er matrassen neer om te kunnen blijven slapen. Uiteindelijk hebben mijn zus en ik er nog cupcakes gebakken om het er lekker te laten ruiken. Want hij kon niet meer eten.’ Moeder Angenita vult aan: ‘Ja de huisarts die er toen rondliep, keek er ook wel een beetje vreemd van op!’

Ik twijfelde want ik was boos en teleurgesteld maar wist ook dat ik zo niet verder kon en wilde doorgaan

Boos

Zowel Shana als Angenita waren na de dood van André boos op God. ‘Het blijft heel verdrietig’, zegt Shana. Angenita wilde eigenlijk niet kwaad zijn vanwege haar mans ziekteproces: ‘André was zo sterk, hij kreeg ook kracht om het te dragen, dat zagen we. Ik dacht: zoals hij het tijdens de ziekte gedaan heeft, zo ga ik het rouwproces doen. Maar het voelde echt als een amputatie toen hij overleed.’

Niet alleen

Ze schrijft over die periode van rouw in haar boek “Je hoeft het niet alleen te doen”. Ze leest eruit voor: ‘Ik liet de golven van rouw om mij heen slaan. Met een zacht stemmetje vroeg ik God om hulp. Ik zag ineens een enorme hand oprijzen uit de golven. Ik wist meteen dit is de hand van God. Ik twijfelde want ik was boos en teleurgesteld maar wist ook dat ik zo niet verder kon en wilde doorgaan. Dus ik greep die grote hand vast en die slingerde mij weer in het bootje, samen met de meiden. De golven sloegen nog tegen ons aan maar we konden tenminste weer ademhalen. Ik wist dat ik niet zou verdrinken als ik mij door God liet helpen. Hij zegt: “Kom maar bij mij, je hoeft het niet alleen te doen.”’ Voor Angenita was het schrijven van het boek uiteindelijk een goede manier om de boosheid te verwerken: ‘Bijna elke nacht schreef ik in die periode van rouw iets op.’ Het boek is nu veel mensen tot steun die aan het begin van hun rouwverwerking staan.

Wil jij een optimale website? Dan hebben we wat cookies van je nodig. Pas mijn voorkeuren aan